Bij veel organisaties is het IT-netwerk een onoverzichtelijke lappendeken van verouderde legacy-systemen, oude en nieuwe applicaties en programma’s. Niet zelden communiceren die IT-onderdelen slecht met elkaar of produceren ze onleesbare en onbruikbare data. Een groot probleem in een competitief tijdperk waarin data driven-beslissingen het verschil kunnen maken tussen overleven of failliet gaan.
Gelukkig zijn er wel manieren om jouw organisatie uit het moeras aan IT-systemen te trekken. In dit blogartikel tonen we hoe je die klus tot een goed einde brengt.
Veel grote bedrijven hebben te maken met een versnipperd applicatielandschap. Elektronicagigant Philips gebruikte bijvoorbeeld zo’n zestig verschillende IT-systemen op het moment dat de huidige topman Frans van Houten het roer overnam van Gerard Kleisterlee. Ook woningbouworganisaties, zorginstanties en overheidsdiensten hebben vaak te maken met een gefragmenteerd en onoverzichtelijk IT-landschap. Het gevolg: een warboel aan onderling slecht vergelijkbare data, onvoldoende inzicht in bedrijfsprocessen en een dienstverlening die matig aansluit op belangrijke behoeften vanuit de markt.
De bovenstaande drie problemen vormen een gevaarlijke cocktail, zeker omdat burgers en klanten tegenwoordig verlangen dat ze online op een moderne en snelle manier worden bediend. Het interesseert de klant daarbij niet of de benodigde informatie uit een of meerdere databases moet worden gehaald. Als het aanbod maar in orde is en op een snelle, gemakkelijke en overzichtelijke manier (bij voorkeur via een mobiel kanaal) wordt aangeboden.
Veel gedistribueerde systemen doen stand-alone precies waar ze voor ontworpen zijn, maar worden gelijk een stuk minder functioneel als ze gekoppeld zijn aan andere applicaties. Zo hinderen ze organisaties uiteindelijk bij het innoveren, een probleem dat ook duidelijk naar voren kwam in een onderzoek dat Grant Thornton (een groot netwerk van onafhankelijke accountants- en adviesorganisaties) uitvoerde onder diverse CFO’s van Amerikaanse bedrijven.
Dat je als organisatie daadwerkelijk kunt verdrinken in het IT-moeras is al meermaals aangetoond. Een goed voorbeeld zijn de talloze ICT-problemen waar de Belastingdienst mee kampt(e). Beveiligingsrisico’s binnen enkele kritische systeemomgevingen, kwijtgeraakte aangiftes (in 2007 zelfs ruim 700.000), regelmatig optredende storingen, onzorgvuldig handelen met betaalgegevens en het ETPM-debacle. Dit zogenaamd kant-en-klare pakket (Oracle Enterprise Taxation and Policy Management) voor het innen en uitbetalen van toeslagen bleek toch niet zo goed compatibel te zijn met de bestaande systemen van de fiscus. Het gevolg: software-ontwikkelaars uit de Filipijnen en VS moesten halsoverkop duizenden programma’s koppelen. Dit zorgde uiteraard weer voor veel vertraging en een flinke overschrijding van het geplande budget
De tijd dat de technologie vooral in het voordeel werkte van grote bedrijven is voorbij. ‘Oude’ IT-systemen vereisten een flinke investering in kostbare hardware en werden vooral door een leger dure consultants en ontwikkelaars gebouwd. Het resultaat: grote en prijzige systemen die helaas lastig aan te passen en moeilijk te upgraden waren. Als gevolg daarvan vormden organisaties en interne processen zich naar een IT-systeem in plaats van andersom.
Maar zeker sinds de introductie van de cloud is er sprake van een kentering. Dat komt vooral doordat het techlandschap steeds meer is gedemocratiseerd. Ook kleine start-ups hebben inmiddels toegang tot hoogwaardige technologie en de beste software. API’s maken het bovendien gemakkelijker dan ooit om verschillende systemen aan elkaar te koppelen. In plaats van de organisatie te modelleren naar de gebruikte IT-systemen, vraagt het moderne zakenlandschap juist om systemen en applicaties die zich naar jouw bedrijfswensen vormen.
Low-code en no-code zijn ideaal voor het agile ontwikkelen van applicaties en leveren een ontsnappingsroute uit het moeras aan logge en niet-overzichtelijke IT-systemen. Hoe en waarom deze agile-ontwikkelmethoden dit doen leggen we uit aan de hand van een aantal belangrijke voordelen van low- en no-code.
Een groot voordeel van met name no-code is de visuele ontwikkelomgeving. In plaats van code te schrijven, zie je de elementen die de kern van een applicatie gaan vormen. Hierdoor kunnen ook managers en citizen developers aan frontendontwikkeling doen en hun eigen schermen, ontwerpen en functionaliteiten maken. In plaats van aan professionele ontwikkelaars uit te leggen wat je precies bedoelt, stellen low- en no-code je in staat om ze daadwerkelijk te laten zien wat je precies nastreeft.
Low- en no-code zorgen voor een betere afstemming tussen controle en functionaliteit. De overgang richting agile sloeg al een brug tussen ontwikkelaars en strategische bedrijfsbeslissingen. Maar low- en no-code gaan nog een stapje verder. Ze geven managers en eindgebruikers de mogelijkheid om waarde toe te voegen aan het ontwikkelproces of zelf applicaties te bouwen. Dit verkleint de kans dat er aan het eind van de rit applicaties of systemen worden opgeleverd die niet aan de eisen voldoen. Het logische gevolg is dat moderne IT-systemen zich schikken naar de wensen van mensen die er elke dag mee van doen hebben in plaats van andersom. En dat is weer goed voor het overzicht en de praktische inzetbaarheid van de IT-tools die uiteindelijk een grote invloed hebben op je zakelijke successen.
Als managers en medewerkers zelf invloed kunnen uitoefenen op het ontwikkelingsproces, wordt het ook gemakkelijker om een systeem of applicatie aan te passen aan veranderende behoeften en gewijzigde marktomstandigheden. Waar het aanpassen en updaten van oude systemen vaak maanden of zelfs jaren in beslag nam, stellen low- en no-code je, onder meer door hun hoge schaalbaarheid, in staat om de IT-strategie van de organisatie razendsnel bij te stellen.
Kunstmatige intelligentie (AI) is in opmars en zal in de toekomst alleen maar belangrijker worden, zowel op het vlak van software-ontwikkeling als in de dagelijkse werkpraktijk. Denk bijvoorbeeld aan de algoritmen die zoekgedrag en aankoopbesluiten sturen of het aan invloed winnende Internet of Things(IoT). Om competitief te blijven is het belangrijk dat jouw IT-systemen goed kunnen omgaan met deze nieuwe technologieën. De meeste low- en no-codeplatforms maken al volop gebruik van AI en IoT-functionaliteiten, iets dat niet geldt voor oudere legacy-systemen.
Het is duidelijk dat relatief nieuwe ontwikkelmethoden als low-code en no-code, samen met de veranderde functie van computers en aanverwante digitale infrastructuren, een disruptieve invloed hebben gehad op de manier waarop we naar IT-systemen kijken. Computers zijn niet langer enorme machines die in achterkamers staan en alleen bediend kunnen worden door gespecialiseerde IT’ers die een exclusieve kennis bezitten van ingewikkelde programmeertalen. Computers en mobiele apparaten zijn vandaag de dag vooral basale zakentools die op je bureau staan of zelfs in je achterzak passen.
Dit veranderde gebruik van computertechnologie vraagt ook om nieuwe systemen, met name flexibele systemen die het gemakkelijk maken om een breed spectrum aan applicaties te koppelen zonder dat het gebruiksgemak hieronder lijdt. Het ontwikkelen van dergelijke netwerken kan snel en relatief gemakkelijk met low- en no-code. Omdat deze ontwikkelmethoden ook een belangrijke rol voor citizen developers reserveren, hebben managers en eindgebruikers steeds meer invloed op het eindresultaat. Die ontwikkeling komt de praktische bruikbaarheid van applicaties alleen maar ten goede, waardoor het gemakkelijker wordt om uit het moeras van oude en disfunctionele legacy-systemen te klimmen.
Is jouw IT-netwerk ook aan verfrissing toe? Schroom dan niet om contact met ons op te nemen. EsperantoXL richt zich sinds 2002 op het verbeteren van bedrijfsprocessen, onder meer door het ontwikkelen van slimme applicaties die bedrijfsprocessen versoepelen. Wij tonen je wat mogelijk is en leveren graag een bijdrage aan het in digitale topvorm brengen van jouw organisatie.
Low-code en no-code zijn vormen van Rapid Application Development. Low-code is softwareontwikkeling waarbij programmeurs op een visuele manier applicaties modelleren. Ze modelleren applicaties op een visuele manier, waarbij ze weinig tot geen code hoeven te schrijven.
Low-code heeft de toekomst omdat de methode toelaat op een heel visuele en intuïtieve manier applicaties te ontwikkelen, waarbij je weinig tot geen code hoeft te schrijven. Zo kunnen bedrijven veel sneller applicaties inzetten die inspelen op de noden van klanten.
No-code heeft de toekomst. Het is een methode die businessprofielen toelaat op een heel visuele en intuïtieve manier applicaties te ontwikkelen, zonder dat ze daarbij code moeten schrijven. Zo kunnen bedrijven veel sneller applicaties inzetten die inspelen op de noden van klanten.
In deze whitepaper leggen we het verschil tussen low-code en no-code uit.
Lees meerCEO
Wil je meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact met ons op.
Wij kunnen je er meer over vertellen.