Low-code biedt kansen


Low-code is interessant voor bedrijven uit de maakindustrie die nog maar aan het begin van hun digitalisering staan en geen ERP hebben, stelt Bram Berkelaar, directeur EsperantoXL. Denk bijvoorbeeld aan een service-app waarmee monteurs gemakkelijker machines kunnen installeren en onderhouden. EsperantoXL deed dit voor Itho Daalderop. Of een systeem dat automatisch contracten op basis van service-orders aanmaakt met een app voor de monteurs die opdrachten uitvoeren.


Met IT kunnen metaalbedrijven en machinefabrieken hele bedrijfsprocessen verbeteren, aldus Berkelaar. Neem bijvoorbeeld de productielijnen, het automatiseren van workflow en het beheer van de leveringsketen. Voorbeeld is de service-app die EsperantoXL voor CleanAir maakte.

Voordelen


Dit zijn zaken die na digitalisering vaak veel efficiënter verlopen. Low-code maakt het mogelijk snel nieuwe applicaties te bouwen zonder dat je daar dure ontwikkelaars voor nodig hebt die over bijzondere vaardigheden beschikken. Mooi is ook dat je eigen technici zonder een IT-achtergrond van meet af aan kunnen worden betrokken bij de ontwikkeling van applicaties. Voor de maakindustrie waar specifieke materiekennis het onderscheid maakt, is dat een enorm voordeel. Bram Berkelaar, directeur van EsperantoXL, ervaart dat het grote voordelen biedt om het hele bedrijf, inclusief de werkvloer, hierbij te betrekken. Met low-code loop je minder kans dat een app wordt ontwikkeld waar moeilijk mee te werken valt..

Waar op letten


Maar aan low-code zitten ook haken en ogen. Bedrijven moeten daarop letten. De maakindustrie vormt daar geen uitzondering op. Zo moet je een platform kiezen waarmee schaalbare applicaties zijn te maken. Belangrijk is het alvast rekening te houden met toekomstige wensen en behoeften. Van den Berg: ‘Denk na waar je bedrijf op den duur naar toe gaat. Let op duurzaamheid. Het zou jammer zijn als je over een jaar of vijf alles weer moet herbouwen of opnieuw modelleren.’

Houd ook zicht op het totaal. Maakbedrijven kennen soms complexe productieprocessen. Bij de ontwikkeling van applicaties die de vervaardiging ondersteunen, raak je al gauw verstrikt in details. Of je voegt functionaliteit toe die misschien (nog) overbodig is. Kijk daarom in vogelperspectief naar een project. Bram Berkelaar: ‘De opdrachtgever moet goed weten wat hij wil. Voor een duurzame digitalisering zijn een lange termijn visie en strategie nodig.'

Voorkom wildgroei


Meteen al bij het maken van de eerste applicaties op basis van low-code verdient die schaalbaarheid aandacht. De Software Improvement Group (SIG) die code analyseert, waarschuwde onlangs voor een wildgroei aan low-code applicaties die meer en meer met elkaar verstrengeld raken. Het 2023 SIG Benchmark Report concludeert dat de kwaliteit van de architectuur nog wel eens achterblijft als een te omvangrijk systeem wordt gebouwd.

Ontwikkelstrategie


Low-code heeft zeker zijn waarde. Volgens SIG roemen bedrijven die deze technologie omarmen, de positieve impact. Maar je kunt niet zomaar even snel een groot aantal applicaties bouwen en lukraak bij elkaar zetten. Zorg voor een effectieve ontwikkelstrategie die het mogelijk maakt flink op te schalen. Je moet wel goed weten wat je doet. Zo luidt de kernboodschap. Het is aan te bevelen om in dergelijke situaties een expert center in te richten die de ontwikkeling van nieuwe apps stroomlijnt en op elkaar afstemt.

Verschil in platforms


Mark van den Berg is het eens met de SIG dat een te grote verstrengeling van apps gevaarlijk is als het systeem te veel uitdijt. ‘Maar het is verkeerd om alle low-code over één kam te scheren.

Low-code is een marketingterm, bedacht door Forrester. Al deze platformen worden gekenmerkt doordat het mogelijk is om op een visuele manier software te bouwen. Daarbij programmeer je declaratief. Dit wil zeggen dat je iets beschrijft in plaats van iets direct te laten doen.’

Het onderliggende low code platform vertaalt die beschrijving dan automatisch naar computercode.

300 Platforms


Low-code bekt lekker. Van den Berg: ‘Maar het ene low-code platform is het andere niet. Sommige platformen zijn eigenlijk compleet no-code. Andere platformen zijn zo ‘high-code’ of traditioneel dat je ze nauwelijk low-code kunt noemen. Daartussen zit een heel scala van aanbieders, ieder met zijn eigen doelgroep en specialisme.

Er zijn op dit moment ruim 300 low-code platforms. De een richt zich op citizen developers zonder veel programmeerkennis, de ander bedient uitsluitend professionele ontwikkelaars.’

Geschikt voor grotere systemen


Volgens Van den Berg moet je niet de illusie hebben dat al deze 300 verschillende platforms geschikt zijn voor het bouwen van grotere systemen. Hij waarschuwt: ‘Als je in hoog tempo even software wil bouwen die afhankelijk is van andere applicaties en moet kunnen opschalen, dan vlieg je snel uit de bocht. Wordt alles te complex dan zie je door de bomen het bos niet meer.

In hun enthousiasme willen low-code developers nog weleens de reikwijdte van bepaalde technologie overschatten. Voor hele ingewikkelde kluwen van software zijn veel platforms eenvoudigweg niet bedoeld.’

Kies weloverwogen


Neem dus de tijd om het juiste platform te vinden. ‘Anders krijg je een systeem dat steeds moeilijker wordt te onderhouden.’

Thinkwise richt zich op grote apps die in het hart van de onderneming draaien; 'core' systemen voor het bijhouden van kerngegevens. Deze Apeldoornse aanbieder van low code waarmee EsperantoXL samenwerkt, richt zich op professionele ontwikkelaars.

Partners zoals EsperantoXL letten erop dat het beheer bij deze applicaties in orde is en het toezicht op de ontwikkeling strak is geborgd. Bram Berkelaar: ‘Daarom is het zo belangrijk dat we intensief samenwerken met de klant. Systemen moeten ook goed aansluiten bij de werkwijze in een bedrijf.’

Van den Berg: ‘Aan de bouw van applicaties in ons platform worden strenge eisen gesteld. Ook zitten er regels in voor ‘change management’. Niet iedereen kan zomaar alles aanpassen. Voor nieuwe deployments en aanpassingen is altijd de formele goedkeuring van een collega nodig.’

Tracebility


Ook de ‘traceability’ binnen de ontwikkelstraat van de software krijgt veel aandacht. Van den Berg: ‘Na de bouw van een nieuw systeem moet je kijken of alles conform de wensen en eisen is. De hele keten van het ontwerp van de applicaties en het model tot de code en de testcases dient te kloppen. Bij een aanpassing in de app moet het effect daarvan op het model, de code en andere processen worden onderzocht.’

Maak interne richtlijnen


Ook interne richtlijnen mogen niet uit het oog worden verloren. Van den Berg: ‘Je moet dat afdwingen over de hele cyclus heen. Let er bijvoorbeeld op dat de benaming van objecten in het applicatielandschap eenduidig is. Daarnaast is een automatische validatie op de kwaliteit nodig. We werken ook met een geïntegreerde test engine. Ieder stukje code en model moet worden gecontroleerd op kwaliteit. Alles is erop gericht de onderhoudbaarheid van systemen te verbeteren.’

Duurzaam ontwikkelen kán


Volgens Van den Berg zijn er best low-code systemen te bouwen die qua architectuur heel lang mee kunnen en nog steeds modern zijn. ‘Zo werkt WILA, maker van hoogwaardige gereedschapssystemen voor kantpers-machines, al 18 jaar met dezelfde basis-applicatie. ’Deze fabrikant uit Lochem bouwde als een van onze eerste klanten een compleet ERP-systeem waarbij meermalen van technologie is geswitcht, zonder de applicatie opnieuw te bouwen.’

Als maakindustrie valt dus prima te voorkomen dat de onderhoudbaarheid achteruit loopt als het volume van systemen toeneemt. De software kan meegaan met veranderingen in de bedrijfssystemen die moeten worden ondersteund.

Thinkwise


Volgens Van den Berg heeft dat ook te maken met de manier waarop Thinkwise zijn eigen low-code platform ontwikkelde. ‘We hebben dit zelf ook met low-code gebouwd. Andere leveranciers deden dat met de hand. Ze gebruiken traditionele programmeermethoden voor het maken van hun ‘studio’s’. Die tools van concurrenten verouderen daardoor snel. Bij elke nieuwe versie moeten ze nagaan of alles nog compatibel is. Zoniet dan staan ze voor de taak om het hele platform opnieuw te bouwen.

Best practices afdwingen


SIG onderstreept in zijn rapport het belang van goede bouwkundige richtlijnen die leiden tot een duidelijke gelaagdheid en een structuur die afhankelijkheden tussen apps tolereert. Van den Berg: ‘Daar hebben we wat op gevonden. Je kan al dit soort richtlijnen formeel definiëren in het platform. Als iemand zich niet houdt aan die richtlijnen dan toont onze ontwikkeltool een rode vlag. Af te dwingen best practices zijn op het low-code platform aanwezig. De ontwikkelaar heeft geen andere keuze dan de juiste bouwprincipes te volgen, want het proces stopt als hij of zij dit niet doet.’’

Van den Berg: ‘Ons platform telt wel duizend best practices hoe je de software moet bouwen en schaalbaar kan maken, bijvoorbeeld op naamgeving en performance. De checks vinden automatisch plaats. Organisaties kunnen daar zelf specifieke best practices aan toevoegen zodat een soort bibliotheek ontstaat. Dit zorgt ervoor dat iedereen op dezelfde manier software bouwt die op de lange termijn stand houdt.’



Samenvattend


Met low-code beginnen is geen probleem. Applicaties zijn betrekkelijk snel te bouwen. Veel belangrijker is het je af te vragen of die software nog goed werkt als je systeem omvang krijgt. ‘Wie rekening houdt met schaalbaarheid, zal ook op dit gebied duurzaam ondernemen,’ zo besluit Van den Berg.

FAQ


  • Welke voordelen biedt low-code software de maakindustrie?

Low-code is zeer geschikt voor bedrijven uit de maakindustrie. Ook metaalbedrijven en machinefabrieken die nog maar aan het begin van hun digitalisering staan en geen ERP hebben, kunnen daar hun voordeel mee doen. Deze ontwikkelmethode maakt het mogelijk je vakmensen die niet bij de IT-afdeling zitten, vroegtijdig bij de ontwikkeling te betrekken. Je loopt dan minder kans dat een applicatie niet aansluit bij de huidige werkwijze.

Met low-code zijn snel apps te ontwikkelen die je mensen prettiger en efficiënter laten werken. Neem bijvoorbeeld een service-app waarmee monteurs gemakkelijker machines kunnen installeren en onderhouden. Hele bedrijfsprocessen kan je verbeteren zonder dat dure ontwikkelaars nodig zijn.

  • Waar moeten metaalbedrijven en machinefabrieken op letten bij het gebruik van low-code software?

Zorg dat je het totaal bij het gebruik van low-code niet uit het oog verliest. Maakbedrijven kennen soms complexe productieprocessen. Bij de ontwikkeling van applicaties die de vervaardiging ondersteunen, raak je al gauw verstrikt in details. Of je voegt functionaliteit toe waar in de praktijk weinig mee wordt gedaan. Je kunt veel latere problemen voorkomen door van begin af aan in vogelperspectief naar een project te kijken.

  • Wat zijn de zorgen over de vervlechting van low-code applicaties?

Low code biedt de maakindustrie grote mogelijkheden. Maar weet wel wat je doet. Voorkom een wildgroei aan applicaties. Zeker als die meer en meer met elkaar verstrengeld raken, kunnen zich problemen voordoen. Een te omvangrijk systeem kan ten koste gaan van de kwaliteit van de architectuur. Hoe meer het systeem uitdijt, des te moeilijker het onderhoud wordt. Een spinnenweb aan apps kan ook snel verouderen.

Ben je benieuwd wat low-code/no-code oplossingen voor jouw bedrijf kunnen betekenen?

Laten we dan eens in gesprek gaan om te kijken waar de knelpunten van jouw situatie zitten en hoe je dat het beste kunt oplossen. Laat jouw gegevens achter via het contactformulier.
We helpen je graag verder

Bram Berkelaar

Bram Berkelaar

CEO

Wil je meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact met ons op.
Wij kunnen je er meer over vertellen.

Gerelateerde Blog


toon alles